Tijdens het Wereldkampioenschap Voetbal 2022 (20-11 <-> 18-12) licht ik iedere dag uit wat mij opvalt op en rondom het veld. Wapenfeiten, tactische beslissingen, politieke kanttekeningen; in Kolder in Qatar bekijk ik dit al op voorhand historische toernooi door mijn persoonlijke lens. Vandaag deel #8: zoals het Nederlands Elftal tegen Ecuador speelde, worden we géén wereldkampioen.
Zoals het Nederlands Elftal tegen Ecuador speelde, worden we géén wereldkampioen. Ik moet me inhouden om niet te zeggen dat we sowieso geen wereldkampioen worden. Het enige dat me weerhoudt is de vernietigende negativiteit die Louis van Gaal en zijn mannen na gisteren hoe dan ook al over zich heen krijgen. ‘We’ hebben een monsteroverwinning op de machteloze Qatari nodig voordat er überhaupt weer een beetje eer te behalen valt.
In de NOS-studio was oud-bondscoach Marco van Basten na afloop zeer kritisch op de aanvoerdersrol van Virgil van Dijk, maar bijna alle spelers gaven tegen Ecuador niet thuis. Het is veelzeggend dat er na het handige afleggen van Davy Klaassen op Cody Gakpo (1-0) geen behoorlijk schot op doel meer volgde. Waar het Nederlands Elftal op zichzelf al hopeloos slordig was in balbezit, zetten de Ecuadorianen daar een agressieve druk naar voren tegenover die in de tweede helft ook nog eens de beste kansen opleverde. Niet Denzel Dumfries, maar Brighton-back Pervis Estupiñán stoomde meermaals op richting (en tot in) het vijandelijke strafschopgebied.
Het meest zorgwekkend was niet eens dat Ecuador het Nederlands Elftal met bevlogen spel felle tegenstand wist te bieden. Het meest zorgwekkend was dat de Nederlanders over het algemeen volstrekt futloos oogden. Alsof ze niet konden verwerken dat ze zoveel moeite moesten doen tegen de nummer 44 van de FIFA-wereldranglijst. Van Gaal verzekerde NOS-verslaggever Jeroen Stekelenburg na afloop dat het teleurstellende gelijkspel niets te maken heeft met mentaliteitsproblemen, maar als we de Nederlandse resultaten op eerdere (eind)toernooien erbij pakken wordt er toch een opvallend patroon zichtbaar.
Het Nederlands Elftal heeft meerdere keren geëxcelleerd tegen absolute toplanden (denk Frankrijk en Italië op het EK 2008, Spanje op het WK 2014 of afgelopen zomer nog België in de Nations League), maar heeft het vaker moeilijk als een taaie tegenstander de ruimtes klein houdt, fysiek verdedigt en loert op een enkele beslissende counter. In 2008 ging het bijvoorbeeld mis tegen een verdedigend Rusland. Vorige zomer staat daarnaast nog vers in het geheugen: nadat het elftal de groep onder leiding van Frank de Boer eenvoudig maar kleurloos had doorlopen, volgde in de achtste finale een pijnlijke uitschakeling door toedoen van de Tsjechen.
Toegegeven, het is misschien te makkelijk om een aantal uitslagen over een periode van bijna vijftien jaar (deels ook ingegeven door het feit dat Nederland zich in 2016 en 2018 niet plaatste) uit te lichten en daar conclusies aan te verbinden. Toch ontkom ik niet aan de indruk dat Nederland over het algemeen beter gedijt tegen ‘voetballende’ toplanden die op voorhand serieuzer worden genomen. Als de tegenstander op de aanval speelt, ontstaat er automatisch ook meer ruimte voor het aanvalsspel van Nederland. Als de tegenstander zelf op die counter loert, het initiatief aan Nederland laat en agressief verdedigt, komt het erop aan om met een andere instelling te spelen. Speelt Ecuador agressief en fysiek? Dan moet je daar voldoende agressie tegenover zetten om de noodzakelijke duels op het middenveld te kunnen winnen. Anders kom je nooit aan aanvallen toe – precies wat er gisteren gebeurde.
Louis van Gaal gaf in zijn interview na de wedstrijd toe dat Nederland inderdaad meer moeite heeft met tegenstanders als Ecuador, en hoopt en verwacht dat het elftal later in het toernooi tegenstanders treft die ons meer liggen. Ik vrees met grote vrezen dat die houding ons misschien het toernooi zal kosten. Van Gaal heeft het geluk vaak aan zijn broek hangen; de wedstrijd tegen Senegal was moeizaam, deels om vergelijkbare redenen, maar er werd wel gewonnen. Je kunt alleen niet iedere futloze wedstrijd verdedigen door te stellen dat een tegenstander je niet ligt. Van Gaal stelde wel degelijk rechtdoorzee dat zijn team niet goed gespeeld had, maar het verbaasde me dat hij niet (feller) eiste dat de spelers zich aanpasten aan de speelstijl van de tegenstander. Als je dat niet doet, delf je met een beetje pech ook tegen Iran of de Verenigde Staten het onderspit.