Tijdens het Wereldkampioenschap Voetbal 2022 (20-11 <-> 18-12) licht ik regelmatig uit wat mij opvalt op en rondom het veld. Wapenfeiten, tactische beslissingen, politieke kanttekeningen; in Kolder in Qatar bekijk ik dit al op voorhand historische toernooi door mijn persoonlijke lens. Vandaag deel #13: de druiven zijn zuur na een fatale penaltyserie.
Het is al te vaak benoemd, maar dat maakt het niet minder waar. Het lot nam een ironische wending toen het Nederlands Elftal ten onder ging op dat ene onderdeel. We waren zo goed voorbereid, verzuchtte een aangeslagen van Gaal na de wedstrijd. Maar duizend getrainde penalty’s maken nog geen zomer, schreef ik afgelopen week al.
Emiliano Martínez, de man die de eerste twee Nederlandse strafschoppen op weergaloze wijze stopte, werd voorafgaand aan de wedstrijd een trash talker genoemd. In feite hebben we het dan over psychologische oorlogsvoering, heel geschikt in tijden van Corona. In een leeg stadion hoort je tegenstander het nog als je het klittenband van je handschoenen wat aantrekt, laat staan als je hem vertelt dat ‘ie gaat missen (tijdens de Copa America van 2021 klonk dat zo).
Als de scheidsrechter Messi geen vrijbrief zou hebben gegeven om als zich als Maradona een weg door de wedstrijd te meppen, was Martínez de ultieme bad guy geweest; van Gaal wist niet wat hij meemaakte toen de keeper van Aston Villa na afloop nog even verhaal kwam halen over dat vermeende penaltyvoordeel. Het probleem is dat de bad guy vrijwel altijd aan het langste eind trekt in het mentale eindspel. En laat dat nu net dat ironische noodlot zijn dat we met die weergaloze comeback over onszelf afriepen.
Wij hadden Andries Noppert, de Toren van Joure, maar misschien moeten we stiekem dankbaar zijn dat de aantekeningen op zijn bidon niet bleken te kloppen, en dat de nieuwe cultheld van het vaderland alleen de goede kant op dook toen er een Argentijn naast schoot. Noppert had die onsterfelijkheid niet aangekund. RKC-uit op 7 januari; hij moest er nog niet aan denken, zei hij in gesprek met NOS-verslaggever Jeroen Stekelenburg. Toch moet er wel een enorme last van de schouders van Louis’ grootste toernooitrofee vallen. Noppert bleek inderdaad de keeper in vorm. Niemand praat nog over Cillessen.
Natuurlijk, Van Dijk en Berghuis hadden hem hoger en meer in de hoek kunnen trappen, maar de ballen waren hard zat en werden er gewoon geweldig uitgeranseld. We verliezen de penalty’s niet op kunde. Zeker, de Argentijnen namen hun strafschoppen iets daadkrachtiger, maar toernooi-revelatie Enzo Fernández schoot onder druk ook naast. We hebben gewoon alle pech van de wereld dat Martínez twee keer als een kat de goede kant op dook. Vooral zo’n eerste bal van Virgil is dan funest; iets zegt me dat we mentaal toen al hadden verloren. Weg is het gevoel dat je de boel in eigen hand hebt.
Laten we niet vergeten dat we deze eerste zeventig minuten tegen de Argentijnen niéts gecreëerd hebben. Ik weet het, van Gaal heeft het uitgelegd: het voetbal is veranderd, de tegenstanders zijn slimmer geworden en wedstrijden worden beslist op details. En toch voelden de werklust en het gogme van Wout Weghorst gisteren Hollandser aan dan de gedroomde voorhoede (Gakpo – Depay – Bergwijn) in een kansarm 5-3-2 systeem (althans, tijdens dit toernooi). In dat besef schuilt op de weg naar de uitgang het echte verlies.