Tag archieven: Cine

Recensie: The Candidate (David Karlak, 2011)

Mijn eerste post van 2019 – ik maak graag van de gelegenheid gebruik om de lezer een (film)rijk 2019 toe te wensen. Dat je gemoedstoestand over het algemeen maar zo ver mogelijk mag afwijken van de ironisch gekozen still hierboven:)

Het beeld komt uit de kortfilm The Candidate, waarover ik een tijdje terug wat schreef voor Cine:

Rijk worden over de rug van anderen. Je collega’s de vernieling in werken. David Fincher nam Facebook, Martin Scorsese DiCaprio. Er zijn talloze films die kapitalistisch gedachtegoed mengen met het compromisloze gedrag van de geldbeluste mens, en telkens weer komen ze in essentie op hetzelfde uit: in een wereld van neoliberale mores is geen ruimte voor zwakheid. Het is eten of gegeten worden, daar aan Wall Street waar de wolven wonen. Competitie en rivaliteit zijn waarden van alle tijden. Toch is het strijdtoneel van de werkvloer ook een uitgesproken modern fenomeen. Als geld alleen in de verbeelding bestaat, kunnen je collega’s misschien ook een stuk gemakkelijker in lucht veranderen. In Brian de Palma’s Passion is het survival of the fittest-principe op zichzelf een raison d’être. Veel platter ga je je drama niet krijgen, maar dat is nu precies het punt: emoties zijn versteend, werknemers spelen hard tegen hard.

Klik hier om verder te lezen – je vindt er ook de link naar de film.

Recensie: Wildlife [Paul Dano, 2018]

Er zijn twee momenten in Wildlife waarop de wereld van de zestienjarige Joe Brinson (debutant Ed Oxenbould) voor zijn ogen uiteenvalt. Beide keren fixeert de camera zich op de geschokte blik van de jonge filmkijker: net als in de roman van Richard Ford (1990) is het Joe die beseft, vertelt en ziet. Aan het einde van de film zal hij degene zijn die het verhaal van zijn ouders in een enkel beeld weet te vangen.

Lees verder Recensie: Wildlife [Paul Dano, 2018]

Het Zwijgen: het beste van Bergman

Beroemd is het moment waarop Anna’s zoon Johan (Jorgen Lindstrom) een tank ziet passeren in het vreemde land met haar vreemde taal. Komen we ergens in Tystnaden dichterbij de wil om te begrijpen?

Klik hier voor [onder meer] een stukje over mijn favoriete film van Ingmar Bergman, Tystnaden (1963). Cine-collega’s vertellen in hetzelfde overkoepelende stuk over hun favorieten. Dit alles naar aanleiding van de Nederlandse re-release van het prachtige Fanny & Alexander, dat sinds gisteren tijdelijk in de filmhuizen draait.

Meer Bergman: Essay: Het Nabije Sterven in The Seventh Seal, Wild Strawberries en the Magician

Recensie: Cold War [Pawel Pawlikowski, 2018]

Pawlikowski’s filmstijl is een nieuwe viering van het verstillende zwart-wit dat Ida (2013) tot een succes maakte. Mede door de contrastrijke fotografie wanen we ons daadwerkelijk in het verleden. Cold War gaat nog een stap verder: de beelden resoneren niet alleen in een ‘traditie’ (zie dit Cine-artikel) van hedendaagse zwart-witfilms, ze verwijzen impliciet ook naar een grootheid uit de Europese arthouse-canon. Ergens halverwege de film glijdt de camera langzaam langs een kade, waaraan zich een haast mythisch schouwspel voltrekt. Een verliefd koppel viert de liefde in de verte tussen water en land. Het mistroostige besef van afstand (de camera is op de boot geplaatst waarin Zula en Wiktor zich bevinden) wordt nog eens versterkt door de trage beelddynamiek. Is dit het antigif voor de idyllische woestijnscène in Michelangelo Antonioni’s Zabriskie Point (1970)? Daar vervlochten de lichamen van verschillende stellen zich in de aanloop naar de onvermijdelijke destructie. Hier, in het zwart-wit van een verscheurd Europa, lijkt de scheiding van het begin af aan al bewerkstelligd: de liefde is conditioneel. Er is zelfs geen perspectief om te dromen, om in de romantiek te verdwalen voordat, pak ‘m beet, het muzikale geweld van Pink Floyd uitbreekt en de wereld ontploft. In Cold War staat de wereld zodanig op scherp dat Wiktor en Zula zich constant tussen vluchten en stilstaan bewegen. De scheiding is de norm geworden.

Klik hier voor de volledige recensie (cine.nl)

Lees verder Recensie: Cold War [Pawel Pawlikowski, 2018]

LIFF 2018 verslag 2: tussen beeldcultuur en het leven zelf

In mijn tweede stuk over LIFF 2018 (zie ook de preview) zoom ik in op drie films die, ieder op hun eigen manier(en), de relatie tussen beeldcultuur en het echte leven proberen te vangen. Deze longread over Eighth GradeFake Tattoos en Likemeback lees je terug op
cine.nl: klik.

LIFF 2018 verslag 1: Jehova en de moeder van Carrie

Ik was aanwezig op het Leiden International Film Festival 2018 en stelde mezelf n.a.v. de films Apostasy en The Miseducation of Cameron Post de volgende vraag: waar ligt de balans tussen boodschap en drama als er religiekritiek om de hoek komt kijken?

Lees verder LIFF 2018 verslag 1: Jehova en de moeder van Carrie

Recensie: Bohemian Rhapsody (Dexter Fletcher, 2018)

 

Hollywood is nog te klein voor Bohemian Rhapsody, een groots aangezette viering van Muziek en Mercury. Op zo’n schaalniveau laat een zwak script alleen maar diepere sporen achter. De erfenis van Queen laat zich niet onderschatten, en verplichtte de makers op voorhand stelling in te nemen:  de film is uitgesproken fictie. Dat maakt het onredelijk om uitgebreid af te geven op historische fouten, zoals de suggestie dat Queen aan het begin van de eighties jarenlang geen plaat opnam. Het onderscheidt Bryan Singers publieksbombast (na diens ontslag afgemaakt door Dexter Fletcher) hooguit nog wat opzichtiger van documentaires zoals Champions of the World (1995) en Days of Our Lives (2011).

Lees verder Recensie: Bohemian Rhapsody (Dexter Fletcher, 2018)

Recensie: De Dirigent [Maria Peters, 2018]

Peters heeft betrekkelijk weinig tijd nodig om Brico’s dappere rol in een muzikale mannenwereld te schetsen. De rijkelijk bevoorrechte concertorganisator Frank Thomsen (Benjamin Wainwright) kijkt vanuit de coulissen neer op zijn in een sociaal-politieke mal gepropte mindere. Wrang genoeg levert het haar wel een plek in het lesprogramma van een gerenommeerde dirigent op. Thomsens oorspronkelijke dedain voor de zelfbewuste dirigente helpt hem niet als hij in een later stadium in de gedoodverfde rol van love interest moet kruipen. Zelfs als de twee de kloof tussen hun water en vuur pogen te dichten, behoudt Wainwrights personage zijn egoïsme, wat pas later tot broodnodige verontschuldigingen leidt. De haast verplichte toenadering tussen de twee geliefden voelt geforceerd en ook wat onlogisch: is De dirigent niet in de eerste plaats een vertelling over  ambitie, waarin Antonia alles opzij wil zetten om haar doel te bereiken? Waarom dan toch die toevlucht tot gebaande ‘romantische’ paden?

Lees de volledige recensie op cine.nl

De Dirigent (2018). 135 min. Regie: Maria Peters. Met Christanne de Bruijn, Benjamin Wainwright, Gijs van Scholten Asschat e.a.

De Dirigent draait met ingang van 25-10 in de Nederlandse zalen

Recensie: I Am Not a Witch [Rungano Nyoni, 2017]

De achtjarige Shula is een heks, beweert een snuggere getuige voor het plaatselijke gezag. Toen hij aan het werk was op het land stond ze ineens voor hem. Bijl in de hand, een mysterieuze schaduw boven zijn hoofd. Het bleek een droom te zijn. Maar toch: een getuigenis. De beambte van dienst belt met de uitbater van het nabijgelegen heksenkamp, een toeristische trekpleister die we in de voorafgaande scène al bezocht hebben. Of ze haar identiteit ontkend heeft, is de hamvraag van de nonchalante profiteur. Dat blijkt niet het geval. Een heks dus.   Lees verder Recensie: I Am Not a Witch [Rungano Nyoni, 2017]