In juni 2024 wordt door uitgeverij Adveniat het boek Parels van Wijsheid uitgegeven. De omvangrijke bundel, die bijdrages van veel verschillende auteurs bevat, gaat over parabels en hun doorwerking in verschillende historische periodes en tekstuele tradities. Ik ben trots dat een artikel van mijn hand in de bundel is opgenomen. Het gaat om “Ome Winter heeft geoordeeld’: La Cinquième Saison (2012) als filmische parabel”, een artikel dat ik in eerste instantie schreef voor de website van het Parabelproject.
In een eerste gastblog op de website van het Parabelproject heb ik het Vlaams-Franse drama La Cinquième Saison (2012) geïnterpreteerd en geanalyseerd als parabel. Mijn doel was tweeledig: enerzijds wilde ik het draagvlak vergroten voor onderzoek naar de doorwerking van parabels in de visuele kunsten–specifiek in film–anderzijds hoopte ik geïnteresseerde lezers handreikingen te kunnen bieden om elementen van parabel in film te herkennen. Deze tweede gastblog kan in directe samenhang met de parabelanalyse gelezen worden. Ditmaal reflecteer ik vanuit theoretisch oogpunt op de interdisciplinaire studie van parabel en film.
Klik hier om de volledige tweede gastblog te lezen.
Voor het Parabelproject, een initiatief van onderzoekers aan de Universiteit Utrecht en Universiteit Tilburg, heb ik een gastblog mogen schrijven over de doorwerking van parabels in eigentijdse film. In ”’Ome Winter heeft geoordeeld’: La Cinquième Saison (2012) als filmische parabel” (klik hier) zet ik uiteen hoe dit bijzondere werk van Peter Brosens en Jessica Woodworth geanalyseerd en geïnterpreteerd kan worden als parabel.
In 1980 werd Rainer Werner Fassbinders versie van Berlin Alexanderplatz voor het eerst uitgezonden op de Duitse televisie. Een beeldenmarathon van ruim vijftien uur schetst het leven van een man die niet aan zijn noodlot kan ontsnappen. Fassbinder bleef trouw aan de tijdsetting van het bronmateriaal: Alfred Döblins roman (1929) en de eerste filminterpretatie daarvan (1931) situeerden hoofdpersoon Franz Biberkopf al in het Berlijn van het interbellum. Anno 2020 eert regisseur Burhan Qurbani, die dit jaar zelf óók veertig wordt, de veertigste verjaardag van Fassbinders cultepos met een eigentijdse bewerking.
In de traumatische nasleep van een school shooting zingt een tienermeisje een lied van verstilde wanhoop. Voor ze het weet heeft haar stem een natie verenigd. Zingen en dansen doet ze in de kooi van een studio, onder het toeziend oog van een producer in schaapskleren.
Essomba Tourneur is geen filmmaker, hij is een cineast. De gangsters die hij van wansmaak beticht zijn nog eerder cultuurbarbaren dan criminelen. In Jean-Pierre Bekolo’s metacinema staat de scherpe preferentie van hoge boven lage cultuur op den duur, hoe paradoxaal dat ook mag klinken, garant voor een weinig subtiele filmgimmick.
‘’Religie is opium voor het volk’’, quoteren we Karl Marx naar hartenlust. Maar was religie binnen de ideologie van de Duitse denker niet eerder opium van het volk? Onder het juk van de kapitalistische tirannie zoeken arme burgers naar een medicijn dat hoop biedt in hopeloze tijden. Dat medicijn wordt religie; de perfecte illusie, door de mens zelf geschapen, verzacht de pijn van een drukkend bestaan.
Is er een verklaring voor ongeremd geweld, en kunnen we in de psyche kruipen van geweldplegers? We stellen deze vragen maar al te vaak om ons tot antwoorden te kunnen wenden. We zoeken en vinden grote verhalen (erfzonde – boete – schuld), óf we verhouden ons tot het idee dat alles en iedereen kwaad kan doen. Kwaad is dan gewoon, banaal: het zit verstopt in de kleine hoekjes van ons doodnormale menszijn.
Last tuesday I went to the theater to watch Darren Aronofsky’s mother! again. For those who wonder: nobody forced me to do that. I chose to feel uncomfortable for two more hours, to delve myself deeper into a story that got its hold on me all week long. This is a cinematic nightmare that will divide people for the years to come. It already does: mother! received an F-rating from the American cinema public, but there are many voices proclaiming the very same movie is an absolute masterpiece.
Toen ik op de premièredag Wonder Woman bezocht, had ik geen idee dat ik de film in een later stadium zou gebruiken voor een (semi-)academisch essay. Ik zag de nieuwste DC-vondst ‘uiteraard’ voor m’n eigen vermaak, in de hoop dat de studio haar falen bij Batman vs Superman en Suicide Squad enigszins zou compenseren. Des te verbaasder was ik toen ik tijdens de film ineens allerlei vernuftige verwijzingen voorbij zag komen; niet alleen naar mythologie (Wonder Woman is een mythologisch personage, logisch dus), maar ook naar religie/christendom, visies op ethiek en filosofie en naar verschillende wereldbeelden.
This website uses cookies to improve your experience while you navigate through the website. Out of these, the cookies that are categorized as necessary are stored on your browser as they are essential for the working of basic functionalities of the website. We also use third-party cookies that help us analyze and understand how you use this website. These cookies will be stored in your browser only with your consent. You also have the option to opt-out of these cookies. But opting out of some of these cookies may affect your browsing experience.
Necessary cookies are absolutely essential for the website to function properly. This category only includes cookies that ensures basic functionalities and security features of the website. These cookies do not store any personal information.
Any cookies that may not be particularly necessary for the website to function and is used specifically to collect user personal data via analytics, ads, other embedded contents are termed as non-necessary cookies. It is mandatory to procure user consent prior to running these cookies on your website.