
In mijn verslag van het Imagine Film Festival 2025 aandacht voor de films I Live Here Now (Julie Marie Pacino) en The Occupant (Hugo Keijzer).
Lees hier het volledige verslag.

In mijn verslag van het Imagine Film Festival 2025 aandacht voor de films I Live Here Now (Julie Marie Pacino) en The Occupant (Hugo Keijzer).
Lees hier het volledige verslag.

Amper een jaar na het claustrofobische Conclave voelt Edward Bergers Ballad of a Small Player bijna als een goedmakertje. De binnenkamers van het Vaticaan zijn ingeruild voor de weelde van Macau, waar neonkleuren en een replica van de Eiffeltoren gelukszoekers op de casinostrip toelachen. Toch bevindt de zelfbenoemde Lord Doyle zich dichter bij de hel dan bij de hemel. En dat is ook direct waar het wringt: bij deze opzichtige allegorie is geen scherpe blik nodig om de spiraal van zelfvernietiging te doorgronden.
Lees verder Recensie: Ballad of a Small Player [Edward Berger; Netflix, 2025]
I wrote this paper for a course on Religion and Popular Culture in the spring of 2019.
‘’It is not actually death, but the knowledge of death,
that creates problems for human beings’’ (Norbert Elias)

Natuurdocumentaire The Ancient Woods is meer dan een natuurdocumentaire. Dat ‘genre’, als je daar al van kunt spreken, lijkt nog altijd gemonopoliseerd door grootscheepse films en series als [Planet] Earth en Frozen Planet. De bewonderde blauwdrukken binnen die categorie hebben doorgaans twee dingen gemeen: de meest geavanceerde cameratechnologie zorgt ervoor dat we kúnnen zien, terwijl een voice-over met goddelijk tembre (meestal een man) ons vertelt wat we moéten zien. Waar ik persoonlijk nog altijd een zwak heb voor de visuele fijnzinnigheid en de natuurlijke schoonheid van dit soort films, voel ik me (te) vaak ook sterk gestuurd in mijn perceptie. Wanneer verlaat de mens zijn commentaarpositie, laat ze het grote vertellen over aan de natuur zelf? Het is precies in de wereld van die schurende conventie dat The Ancient Woods als geroepen komt.
Lees verder Recensie: The Ancient Woods [Mindaugas Survila, 2017]

In Banshun (Late Spring, 1949) wordt Noriko (Setsuko Hara) constant geconfronteerd met haar ongehuwde staat. Het huwelijk is een conventie waar in Ozu’s film-Japan maar weinigen van afwijken. Noriko is de humanistische uitzondering zelve: om haar heen regent het mogelijke vrijers, maar de goedlachse protagonist ontfermt zich liever om haar eenzame vader (Chishû Ryû).

Throughout the past decades, cinema has optimized (the illusion of) depth and movement throughout space. On the two-dimensional screen, we see projected shadows that nonetheless convince us we enter another dimension, in which carefully constructed characters confront us with our hopes, dreams and desires. While there are many subjective examples when referring to the best movies ever made, films like La Régle du Jeu (Jean Renoir, 1939) and Citizen Kane (Orson Welles, 1941) perfected the practice of filmmaking on a technological level. Extremely mobile cameras and deep focus-lenses became the doorways to diegetic spaces that could become sharper, more fluid and extended in a blink of an eye.
Lees verder Breaking the Fourth Wall: Haptic visuality in The Revenant and La Mort de Louis XIV

“Realisme is een ding. Het is de gewoonte om een situatie te accepteren zoals ze is en de bereidheid hebben daarnaar te handelen”. Woordenboeken hebben de gewoonte om simpele betekenissen te vermommen als tegeltjeswijsheden. Lucky doet feitelijk niets meer dan een poging om zijn kruiswoordpuzzel af te maken, als zijn zoektocht naar synoniemen hem bij de kern van zijn persoonlijkheid brengt.

In Signs and Meaning In the Cinema spreekt de Britse filmtheoreticus Peter Wollen (1938-) zich uit tegen de beperkte erkenning van film studies als een academische discipline. In zijn ogen wordt de esthetiek van het cinematische beeld maar al te vaak herleid tot andere wetenschapsterreinen, waarbij de unieke kwaliteiten van film deels of zelfs volledig terzijde worden geschoven.[1] Wollen behandelt in drie hoofdstukken belangrijke historische pijlers van de filmtheorie: de dialectische montagetheorie van Sergei Eisenstein, de Franse politique des auteurs en de semiologie van onder andere Ferdinand de Saussure en Christian Metz.[2]
Lees verder Essay: het nabije sterven in The Seventh Seal, Wild Strawberries en The Magician

Nemo (Jared Leto) denkt dat hij 34 jaar oud is. Hij is geboren in 1975, het is nu 2009. Niets is minder waar. De stokoude Nemo is zojuist ontwaakt in een steriele ziekenkamer. Jaartal? 2092. Plaats? Een futuristische planeet waarop men onlangs de bron van eeuwig leven heeft ontdekt: eindeloze celdeling. Maar niet voor Nemo. Hij is de laatste sterfelijke mens, een levende relikwie. Door de ogen van Mr. Nemo Nobody kijken we terug op een bewogen leven, waarbinnen tijd, herinnering en alternatieve keuzes onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn.

Al lang keek ik uit naar een schaakspel met de dood – in filmvorm dan, liever niet persoonlijk. In de erkende zwart-witklassieker The Seventh Seal (Zweeds: Det Sjunde inseglet, 1957) wordt de getroebleerde kruisridder Antonius Block (Max von Sydow) ten tijde van de Zwarte Dood (1346-1353) geconfronteerd met de grotere vragen van een mensenleven.
Lees verder Recensie: The Seventh Seal (Ingmar Bergman, 1957)